We weten het allemaal: als je gezond en gevarieerd eet, krijg je genoeg vitamines en mineralen binnen. Maar wie eet elke dag exact de aanbevolen hoeveelheden? Door ons gewijzigde voedingspatroon, kant-en-klaar maaltijden en de verschraling van de grond krijgen we niet altijd voldoende binnen. Hoe handig is het dan om gemiste vitamines aan te vullen met een supplement? De vraag is of deze supplementen ook echt iets doen voor onze gezondheid – of juist niet.
Hieronder de reactie van prof. Ellen Kampman. Zij is hoogleraar Voeding en Ziekte aan Wageningen University & Research. En heeft hierover een artikel geschreven. Ik heb de hoofdpunten eruit gehaald. En gebruik dit artikel als uitgangspunt voor het volgende artikel over Vitamine Infusen. Daar doen nl. ook veel indianen verhalen de ronde over.
Is het gezond om voedingssupplementen in te nemen?
“Je kunt je vitamines beter uit voeding halen. Ten eerste omdat de hoeveelheden gunstiger zijn dan de vaak hoge doses in voedingssupplementen. Een tweede punt is wat wij de voedingsmatrix noemen. In een paprika zit bijvoorbeeld ijzer, maar ook vitamine C en voedingsvezel,. En dat in een combinatie die heel mooi op elkaar is afgestemd. Dat zie je niet in een voedingssupplement. Bovendien bevatten voedingssupplementen synthetische stoffen die ze lang houdbaar maken. Vitamines in de natuurlijke vorm, in een natuurlijke hoeveelheid, in een natuurlijke omgeving, dat is gewoon het beste.”
Wanneer heeft het slikken van extra vitamines en mineralen wel zin?
“Als je in een risicogroep zit, zoals ouderen voor vitamine D-tekort. Zonlicht is nodig voor de aanmaak van vitamine D. En zij komen vaak te weinig buiten en de oudere huid neemt ook minder goed zonlicht op. Vitamine D wordt ook geadviseerd voor jonge kinderen. Verder hebben baby’s vitamine K nodig, en vrouwen die zwanger willen worden en in de eerste tien weken van de zwangerschap zitten, kunnen foliumzuur slikken. Natuurlijk zijn er ook andere mensen met tekorten. Veganisten kunnen bijvoorbeeld een B12-tekort hebben, zijn kunnen dat bij slikken. Mensen met darmproblemen nemen vitamines niet goed op. Zij krijgen meestal een injectie met bepaalde vitamines. Verder hebben mensen na een maagverkleining extra vitamines nodig. Zij krijgen ze niet voldoende binnen kunnen krijgen via voeding. Dit geldt ook voor fragiele ouderen. Deze groepen adviseren we multivitamines.” Voor deze risicogroepen is een Vitamine Infuus zeker ook te overwegen. De juiste dosis en samenstelling op maat. Zo krijg je nooit teveel vitamines binnen.
Wat zijn de risico’s van voedingssupplementen?
“In het ziekenhuis zien we soms mensen met erg hoge vitaminewaarden door het supplementgebruik. Een voorbeeld is een topsporter die op een gegeven moment een neurologisch probleem had. Hij bleek multivitamines te slikken met een veel te hoge vitamine B6-concentratie. Daardoor kreeg hij allerlei zenuwpijnen en last van uitval. Vooral bij sommige B-vitamines kan dat een probleem zijn. Maar zelfs vitamine C is in grote hoeveelheden niet helemaal onschadelijk. In principe plas je dat gewoon uit, al is dat wel een duur plasje. Maar als je er chronisch te veel van binnenkrijgt, kan het voor nierschade zorgen.
Overdosis vitamines de schade!
Een voorbeeld van wat er mis kan gaan is een onderzoek uit de jaren negentig van de vorige eeuw naar longkanker en het stofje bètacaroteen. Van deze antioxidant werd gedacht dat hij misschien het negatieve effect van sigarettenrook zou kunnen verminderen. In Finland en de Verenigde Staten zijn toen grote studies opgestart waaraan tienduizenden mensen deelnamen die al hun hele leven lang flink rookten. Zij gingen voor het onderzoek bètacaroteen of een placebo slikken. Het was de bedoeling dat zij dit tien jaar zouden doen, om dan te kijken of de mensen in de vitaminegroep minder vaak longkanker kregen. Halverwege bleek echter dat het risico op longkanker juist toenam in de groep die bètacaroteen kreeg. Geheel in tegenstelling dus tot wat ze dachten. De mensen die kanker ontwikkelden hadden waarschijnlijk al celletjes die verkeerd aan het groeien waren. Maar toen kregen ze dus een stofje binnen waar die cellen goed op groeiden. Uit studies die liepen met bijvoorbeeld selenium en prostaatkanker en bij studies naar vitamine E bleek hetzelfde. Ze gingen allemaal in dezelfde richting: het risico op kanker wordt groter als je extra vitamines slikt. Van die uitkomst zijn we natuurlijk verschrikkelijk geschrokken.”
Zijn er grenzen voor de hoeveelheden vitamines in multivitaminepillen?
“Bij sommige vitamines staat er meer dan 100 procent van de ADH, de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid, op de verpakking. Dan denk ik: hoe is het mogelijk dat dat gewoon mag?”
Heeft het zin om extra vitamines te slikken als je je ziek voelt?
“Nee. Ten eerste omdat de verhoudingen gewoon niet goed zijn. Ten tweede omdat het je weerstand niet verhoogt. Ook het risico op griep lijkt er niet van afhankelijk te zijn, en griep duurt er niet minder lang door. Het is verstandiger om een drankje met warme citroen te nemen als je griep hebt. Dan krijg je ook vitamine C binnen, maar op een betere manier.”
Stel dat je toch multivitamines koopt, waar moet je dan op letten?
“Kijk op het etiket of er stoffen in zitten met meer dan 100 procent van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Bij 50 procent van die ADH, zit je ongeveer goed, dan kun je ook nog wat uit je voeding halen. Als er 100 procent op staat, is dat dus al het maximum. Samen met je voeding krijg je dan te veel binnen. In kwaliteit of percentages lijkt er geen verschil te zijn tussen multivitamines van een huismerk of merkproducten.”
Moet je nog letten op je vitamine-inname bij medicijngebruik?
“Zelf doen wij veel onderzoek naar kanker, met name naar chemotherapie. Daarin lijkt de B-vitamine foliumzuur een belangrijke rol te spelen. Bij de behandeling van borstkanker wordt bijvoorbeeld soms een foliumzuurremmer gegeven. Er zijn mensen die foliumzuur bij slikken zonder dat de arts dat weet. Dan ben je eigenlijk je chemotherapie aan het tegenwerken. Dus wees voorzichtig en vertel altijd aan je huisarts en specialist wat je verder nog slikt als je medicijnen voorgeschreven krijgt. Die kan dan met je meedenken. Laat ook op een gegeven moment bloed prikken om te kijken of je tekorten hebt. Bij bloedonderzoek komen we juist regelmatig een overschot tegen, vaak van vitamine B6. Dan gaat het altijd om vitaminesupplement-gebruikers, want dat kan nooit uit voeding komen. Dan zou je twee kilo bananen per dag moeten binnenkrijgen. Zoveel zit er dus in zo’n pilletje! Of een hoeveelheid bètacaroteen die overeenkomt met een kilo wortels per dag. Dat eet je nooit, dat krijg je echt niet weg.”
Ellen Kampman studeerde Voeding en Gezondheid aan de Universiteit Wageningen en behaalde een PhD aan de Universiteit van Maastricht. Ze is hoogleraar Voeding en Ziekte aan Wageningen University & Research en codirecteur van Stichting Alliantie Voeding in de Zorg.